
Het antwoord staat hier.
Er is een regel voor. Die geldt al eeuwen lang. Die luidt zo:
Matteüs 18: 2:
Daarop kwam Petrus bij hem staan en vroeg: 'Heer, als mijn broeder of zuster tegen mij zondigt, hoe vaak moet ik dan vergeving schenken? Tot zevenmaal toe?' Jezus antwoordde: 'Niet tot zevenmaal toe, zeg ik je, maar tot zeventig maal zeven.
Ja, echt. Elke keer weer. Totdat men weer in evenwicht is. Totdat de relatie weer hersteld is.
Ik heb al jaren een gebroken relatie met iemand die mij dierbaar is. Het doet pijn. Ik heb van alles geprobeerd om het weer goed te krijgen. Nu, en als ik eraan herinnert word, dan bid ik. Ik bid om vrede, ik bid om vergeving, ik bid om herstel in deze relatie.
Ook ik heb natuurlijk gezondigd dus het is twee richting verkeer van vergeving dat gebeuren moet hier.
Ik weet niet hoe de ander hier tegenover staat. Maar dat geeft niet. Als ik maar blijf bidden en hopen. Want dat wordt van mij gevraagd, verwacht zelfs. Wat ik heb gemerkt de afgelopen jaren, is dat de pijn steeds minder wordt. Dat ik er rustiger onder word als ik vergeving geef. Ik vergeef de pijn die ik ervaar doordat we er niet kunnen zijn voor elkaar. Ik vergeef de gemiste gesprekken, de leegte in mijn leven. Ik vergeef mijn verdriet. Ik vergeef het dat mijn kinderen hier ook een groot gemis onder ervaren. Want door ons is ook die relatie verstoord.
Het onderwerp doet er niet eens meer aan toe. Want het beeld van de gebeurtenis is door de jaren heen behoorlijk aangetast. Ik weet de kern nog wel terug te halen, maar de nasleep - ach, die zit in ons hoofd en zal er voor ons allebei anders uit zien.
